In Gebouw Anton is een mooie gelaagdheid zichtbaar van oude en nieuwe elementen. Bij de transformatie van de voormalige fabriek tot woongebouw zijn de sporen uit het verleden zoveel mogelijk bewaard gebleven. Het originele plafond, de originele wanden en de originele kolommen in het gebouw zijn schoongestraald en in het zicht gelaten, wat de verschillende ruimtes karakter geeft. De binnenafwerking in beton, de grijsgroene tinten en het gebruik van hout versterken dit karakter.
Voordat de transformatie kon beginnen, was het gebouw van binnen volledig gestript. Vervolgens waren in de zeven gestapelde, voormalige productievloeren vijf verticale gaten geboord van verschillende verdiepingshoogtes, waarin grote ellipsvormige vides zijn gerealiseerd die zorgen voor bijzondere, speelse zichtlijnen. In plaats van op hun eigen gang, hebben bewoners en bezoekers nu optimaal zicht op de verdiepingsgangen boven en onder hen, wat van de verkeersruimtes echte ontmoetingsruimtes maakt. De verticale gelaagdheid uit het verleden – waarbij de verdiepingsvloeren enkel door een centrale lift en de trappen in de gebouwhoeken met elkaar werden verbonden – heeft zo plaatsgemaakt voor een horizontale structuur.
De verbindingstrappen zijn uitgevoerd in de smalst mogelijke maat, om het contact tussen bewoners en bezoekers nog verder te stimuleren. Een enorm contrast met het verleden, toen mannen en vrouwen eigen verdiepingsvloeren, een eigen ingang en eigen trappen hadden, die ‘om elkaar heen cirkelden’. Mannen en vrouwen konden elkaar in die tijd wel zien, maar fysiek contact maken was onmogelijk. In deze tijd én in Gebouw Anton lijkt dit haast onmogelijk.
Subtiele detaillering
Subtiele detaillering maakt het gebouw helemaal af. Zo zijn in de gangzones geen armaturen maar subtiele lichtlijnen weggewerkt in de verdiept liggende deurstijlen van de loftwoningen; dicht bij de deurklink en het slot. In de trappenhuizen zijn de originele details van de puien bewaard gebleven. In de loftwoningen daarentegen zijn speciaal voor dit project ontwikkelde puien van Reynaers geïnstalleerd; aluminium schuifsystemen met dubbele beglazing die naar wens deels of volledig te openen zijn. Hoewel bewoners geen privé-buitenruimte hebben, bieden de schuifpuien hen de mogelijkheid om in één simpele beweging hun woning om te toveren tot een ‘inpandig balkon’, wat een belangrijke bijdrage levert aan het woongenot. Daarnaast kunnen bewoners gebruikmaken van een collectief dakterras, ontworpen door Buro Lubbers.
In de trappenhuizen zijn de originele details van de puien bewaard gebleven.
Alle loftwoningen in Gebouw Anton zijn als kale unit aan de bewoners opgeleverd. In de ruimtes zijn geen kamerindelingen gemaakt. Wel zijn er twee meubelstukken voorzien: een 2,5 meter hoge houten kubus waarin de natte cellen zijn geïntegreerd en een keukenblok. Zowel de kubus als het keukenblok konden – naar wens van de eerste bewoners – op twee plekken in de loft worden ‘ingeplugd’ en naar wens worden gedraaid, waarna ze op de vloer zijn vastgezet. Veel bewoners hebben bovenop de kubus een slaapplek ingericht. Daarnaast wordt het element veel gebruikt als ruimtescheider.
‘Kleine stad’
In Gebouw Anton zijn in totaal 130 loftwoningen gerealiseerd van vijftig tot tachtig vierkante meter. Een lichte metal stud scheidingswand maakt het mogelijk de verschillende wooneenheden in de toekomst te combineren tot grotere lofts of om te bouwen tot kantoor. In de plint van het gebouw zijn winkels, cafés en werkunits voorzien, waar bewoners en bezoekers uit de regio elkaar kunnen ontmoeten. Het gebouw functioneert hierdoor als een ‘kleine stad’ om in te wonen, werken én ontspannen. In principe hoeven bewoners het gebouw niet uit. Met name zzp’ers en starters maken hier gretig gebruik van. In Gebouw Anton is zelfs al een community ontstaan, ook op social media, waarin bewoners elkaar helpen met werk en met praktische zaken.
In de plint van het gebouw zijn winkels, cafés en werkunits voorzien, waar bewoners en bezoekers uit de regio elkaar kunnen ontmoeten.
Gebouw Anton is een Rijksmonument dat deel uitmaakt van een reeks voormalige Philipsgebouwen op Strijp-S in Eindhoven. Dit gebied transformeert de komende jaren van een afgesloten industriële enclave naar een bruisende nieuwe wijk, waarin wonen en werken centraal staat.